Stemsgewijs holistisch onderwijs


Niets in de wereld staat los van elkaar. Alles heeft met elkaar te maken en is met elkaar verbonden. Samen vormt alles één geheel. Daarom wordt gewerkt met vakoverstijgende thema's in plaats van losstaande schoolvakken. Via de methode stemsgewijs holistisch onderwijs (SHO) bepalen kinderen samen, via een democratisch proces, welk overkoepelend thema behandeld zal gaan worden in de komende periode.

Een themaperiode begint met een brainstormproces. Kinderen gaan in groepjes zitten en maken een mindmap over dingen die ze interessant vinden en waar ze meer over zouden willen leren. Ze schrijven alles op wat in hen opkomt. Daarna schrijven de kinderen op welke andere onderwerpen hiermee verwant zijn. Ook bedenken ze er thema's bij die zoveel mogelijk van de onderwerpen dekken. Het is de bedoeling dat het thema zo breed mogelijk is. Als iedereen klaar is met dit proces, lezen de groepjes om de beurt op welke thema's ze hebben bedacht. De leerkracht schrijft alle thema's die de kinderen opnoemen op het bord.

Vervolgens begint het kiesproces. Dit proces bestaat uit twee fases. In de eerste fase worden er stemmingen gehouden. De leerkracht noemt telkens een thema op en de kinderen steken hun hand op zodra ze interesse hebben in dit thema. Kinderen mogen meerdere keren hun hand op steken. Uiteindelijk komen er drie thema's naar voren die de meeste stemmen hebben gekregen. Dan begint de tweede fase, waarin kinderen anoniem mogen gaan stemmen. Kinderen kunnen hun voorkeuren op een papiertje opschrijven. Als een kind twee thema's even interessant zou vinden, mag diegene ook twee stemmen uitbrengen. Voorin de klas staat een stembus waarin kinderen het papiertje in kunnen stoppen. Naderhand telt de leerkracht de stemmen. Het thema met de meeste stemmen zal centraal komen te staan in de volgende periode.

Alle vakken zullen vervolgens in het teken staan van het gekozen thema. Niet alleen vakken met betrekking tot oriëntatie op jezelf en de wereld en kunstzinnige oriëntatie, maar ook Nederlands, Engels en rekenen. Overigens wordt er wel rekening mee gehouden dat kinderen tijdens hun schooljaren niet meerdere keren hetzelfde thema aangeboden zouden krijgen.

Voorbeeld

Een groepje kinderen krijgt de opdracht om een mindmap te maken over onderwerpen die ze interessant vinden. Ze denken samen na en bedenken ook wat met ieder onderwerp te maken heeft. Ze schrijven het volgende op:

  • Ridders → zwaarden, kastelen, koning, paarden
  • Computers → internet, toetsenbord, robots
  • Planeten → ruimte, aarde, maan, sterren
  • Prinsessen → jurken, kroon, kasteel, prins
  • Astronauten → ruimte, raket, aliëns

Vervolgens krijgen de kinderen de opdracht om thema's bij deze onderwerpen te bedenken. De leerkracht loopt rond en bedenkt met de kinderen met welke thema's de onderwerpen te maken hebben. De kinderen komen erachter dat sommige onderwerpen ook weer onderling met elkaar te maken hebben en in één thema samengevat kunnen worden. Samen komen ze uit op de volgende thema's:

  • De middeleeuwen
  • Technologie
  • Het heelal

De bedachte thema's worden in de klas opgenoemd en dan kunnen de stemmingen worden gehouden. Uiteindelijk staan er tien unieke thema's op het bord. Drie thema's hebben de meeste stemmen gekregen. Dit zijn:

  • Het heelal
  • De dierenwereld
  • Sprookjes

Nu gaan de kinderen naar de stembus. Daarna telt de leerkracht de stemmen. In dit voorbeeld is het thema over het heelal het populairste, en zal deze dus centraal komen te staan. Voorbeelden van onderwerpen die behandeld kunnen worden tijdens de lessen zijn:

Filosofie

Wekelijks kan een nieuwe filosofische vraag behandeld worden zoals “Hoe groot is het heelal?”, “Hoe begon het heelal?” en “Is er leven op andere planeten?”

Nederlands

Leerkrachten kunnen verhalen voorlezen over ruimteavonturen. Kinderen leren woorden die te maken hebben met de ruimte en schrijven gedichten of maken presentaties over een onderwerp met betrekking tot de ruimte dat ze interessant vinden. Ze kijken documentaires over het heelal waarna ze vragen moeten beantwoorden op hun laptop of tablet.

Engels

Leerkrachten kunnen korte verhaaltjes of gedichtjes voorlezen, waarna verschillende woorden worden behandeld. Ze kunnen bingo spelen met ruimtetermen of een quiz over het zonnestelsel doen. Ze kunnen video's kijken over bijvoorbeeld astronauten die vragen beantwoorden in het internationale ruimtestation.

Rekenen

Kinderen kunnen leren over de enorme afstanden in het heelal en de grootte van planeten rankschikken van groot naar klein. Ze leren over de snelheid van het licht en berekenen bijvoorbeeld hoeveel manen de planeten samen hebben.

Natuurwetenschap

Kinderen kunnen leren over astronomische verschijnselen, zoals zons- en maansverduisteringen en kometen. Ze kunnen leren hoe zwaartekracht werkt en hoe planeten in een baan om de zon bewegen. Ook kunnen ze leren over bijvoorbeeld zwarte gaten en supernova's.

Geschiedwetenschap

Kinderen leren over de geschiedenis van het observeren en onderzoeken van het heelal. Ze maken kennis met beroemde astronomen en wetenschappers uit het verleden. Daarbij leren ze over belangrijke historische gebeurtenissen met betrekking tot de ruimte en ruimtevaart.

Toekomstwetenschap

Kinderen kunnen nadenken over de toekomst van het heelal en van ruimtevaart. Gaan we ooit de Maan en Mars koloniseren? Gaan we ooit ruimteschepen bouwen om naar andere sterrenstelsels te gaan? En wat zou er gebeuren als intelligent buitenaards leven ons ooit zouden vinden?

Kunstwetenschap

Er kunnen schilderijen, tekeningen of collages worden gemaakt van dingen die met de ruimte te maken hebben. Verder kunnen ze bijvoorbeeld ruimteschepen ontwerpen of illustreren hoe ze denken dat buitenaards leven eruit zou kunnen zien.

Burgerschap

Kinderen kunnen leren begrijpen hoe internationale samenwerking in de ruimteverkenning heeft geleid tot vreedzame samenwerking tussen landen. Ook kunnen ze discussiëren over ethische kwesties met betrekking tot ruimteverkenning, zoals het vermijden van ruimteafval. Bovendien kunnen ze meer leren over de zoektocht naar buitenaardse intelligentie.